Alois Pollmann-Schweckhorst: "Ik had Chacco Blue aan het kleinste kind durven toevertrouwen"

Alois Pollmann-Schweckhorst: "Ik had Chacco Blue aan het kleinste kind durven toevertrouwen"

Volgende week staat de BWP-hengstenkeuring op het programma en daarom zoomen we deze week in op de fokkerij. Eén van de meest populaire hengsten van het moment is Chacco-Blue. De springhengst, die pas na zijn dood echt populair werd, voert de WBFSH ranking aan. Ter ere daarvan, blikten we terug op de carrière van de legendarische hengst met één van zijn voormalige ruiters: Alois Pollmann-Schweckhorst. 

"Ik begon Chacco Blue te rijden in de herfst van 2007, toen hij negen jaar was", gaat de Duitser van start. "Ik had meteen een goed gevoel bij hem maar ik had in eerste instantie moeite met de controle. Ik zou overdrijven als ik zegt dat hij een losgeslagen projectiel was maar in het begin was het toch erg moeilijk om de controle tot en met de laatste sprong te behouden", lacht hij. "Het heeft ongeveer een jaar geduurd voor Chacco en ik echt een team werden. Ze zeggen dat het verstand met de jaren komt en dat was bij hem zeker het geval. Na een jaar was hij volwassener geworden, vond ik het juiste bit en raakte we beter op elkaar ingespeeld. We sprongen meer wedstrijden en deden samen heel wat ervaring op. Toen ik bij Schockemöhle vertrok, nam een jonge Andreas Kreuzer plaats in het zadel. Hij was de perfecte opvolger voor dat paard. Ik herinner me nog dat ze naar de derde plaats in de Grand Prix sprongen dat jaar en ik was oprecht gelukkig voor beide. Chacco-Blue heeft het geluk gehad dat hij altijd onder goede ruiters kon springen die hem de kans gaven om zich te tonen en zich te ontwikkelen", gaat hij verder. 

"Voor de fokkerij is Chacco Blue ook uiterst interessant. Chacco Blue was een echte vechter, zelfs als het wat moeilijker werd. Zelfs toen ik hem pas begon te rijden en we nog niet zo goed op elkaar ingesteld waren, moest ik me geen zorgen maken of ik de finish zou bereiken of niet. Het zag er misschien wat hectisch uit, de finish bereikten we altijd", lacht hij. "Ik zie die eigenschap ook bij zijn nakomelingen. Ik hoor van verschillende ruiters die zijn nakomelingen rijden dat ze inderdaad in het begin wat delicaat zijn, maar eenmaal ze ervaring en vertrouwen hebben opgebouwd, ze wel door het vuur gaan voor hun ruiter, net zoals Chacco zelf. Daarnaast heeft hij natuurlijk ook een schitterende techniek. Ik denk niet dat er een slechte foto van hem bestaat. Hij was ook erg 'relaxed' in de omgang. Je kon hem op een vrachtwagen met merries zetten, hij had helemaal geen moeilijk karakter. Ik zou hem aan het kleinste kind hebben durven gegeven. Ondanks zijn goede karakter, was hij er in de ring wel altijd klaar voor. Het leek alsof hij dan besefte dat het ertoe deed. In de ring zette hij dan ook altijd alles op alles". 

"Tijdens zijn sportieve carrière heeft hij inderdaad nooit echt veel gefokt maar ik denk dat dat de normale gang van zaken is. Je moet ergens keuzes maken. Je kan niet 'op twee paarden wedden'. Een paard moet of focussen op zijn sportieve carrière of op een carrière in de fokkerij. Ik ben van mening dat je niet succesvol op beide niveaus kan zijn", besluit hij. 


Bron: Equbreeding