De koppen in de krant liegen er niet om; 'Lang genoeg gewacht; eindelijk (te) warm'. Voor ons gezellig, met een ijsje aan het strand. Maar voor je geliefde viervoeter is dat net iets anders. Een paard voelt temperaturen volledig anders aan als een mens. Een paard heeft een constante lichaamstemperatuur tussen de 37,2° tot 38,2°C. Gedurende de dag schommelt de lichaamstemperatuur. 's Morgens is hij het laagst, 's avonds het hoogst. Doet het paard inspanningen dan kan dit een stijging van zijn lichaamstemperatuur teweeg brengen. Bij een temperatuur tussen -8° en +20° Celsius heeft het paard geen energie nodig om zijn normale lichaamstemperatuur te behouden. Dat is dan ook de comfortzone van het paard. Eenmaal het kwik boven de 20°C gaat stijgen kan het paard moeilijk zijn warmte kwijt. Zorg daarom dat je paard op het heetste gedeelte van de dag de mogelijkheid heeft om in de schaduw te staan onder bomen of in een schuilstal. Wil je lekker werken met je paard, hou er dan rekening mee dat je dit best doet tijdens de koelere gedeeltes van de dag. Echter de meeste ruiters trainen hun paard in de koele ochtend- en avonduren, maar gaan dan op wedstrijd waarbij hun proef wordt gereden op de warmste uren van de dag. Je moet je paard wel de kans geven om te acclimatiseren. Een paard dat goed geacclimatiseerd is, zal meer hitte kunnen kwijtraken door te zweten en correct te ademen, en zullen minder snel uitdrogen omdat ze vaak wel willen drinken. Hoe dan ook, je paard zal zweten en dus ook mineralen verliezen… Hou met volgende zaken rekening de komende (warme) zomerdagen. - Ook al werkt je paard niet, het waterverbruik kan rap oplopen tot 50 liter per dag. Zorg dus dat er voldoende vers water is op de weide, paddocks of in de stal. Heeft je merrie net een veulen, zorg dan dat ze extra water veel water heeft. Dit is belangrijk voor de melkproductie. - Geef eventueel extra elektrolyten aan je paard. Je zorgt ervoor dat de aanvulling gepaard gaat met het nodige water. Op die manier kan je tekorten van natrium, kalium, chloride, calcium en magnesium oplossen. Een tekort kan immers een invloed hebben op de zenuw- en spierwerking. - Om het zout bij te vullen is een zoutblok de ideale oplossing. Tijdens het zweten verliest het paard zijn natuurlijke zouten. Deze vindt het niet terug in de toegediende elektrolyten. Daarom is het toedienen van zouten een must. - Wanneer je paard het te warm heeft, zet het in de schaduw en een windje (zonder tocht) om het afkoelingsproces te bevorderen. Gebruik nooit een deken of "cooler" op een paard dat zweet. De beste manier om het dier af te laten koelen is door het te besproeien met lauw water, en het overtollige water van het lichaam af te halen. Op die manier kun je een paard binnen tien minuten al 2 graden laten afkoelen. Blijf het gewoon herhalen tot het dier zich beter voelt. Vooral het verwijderen van overtollig water is belangrijk tijdens dit proces. Het achtergebleven water kan namelijk vast komen te zitten in het paardenhaar en zal op die manier weer te warm worden.
De koppen in de krant liegen er niet om; 'Lang genoeg gewacht; eindelijk (te) warm'. Voor ons gezellig, met een ijsje aan het strand. Maar voor je geliefde viervoeter is dat net iets anders. Een paard voelt temperaturen volledig anders aan als een mens. Een paard heeft een constante lichaamstemperatuur tussen de 37,2° tot 38,2°C. Gedurende de dag schommelt de lichaamstemperatuur. 's Morgens is hij het laagst, 's avonds het hoogst. Doet het paard inspanningen dan kan dit een stijging van zijn lichaamstemperatuur teweeg brengen. Bij een temperatuur tussen -8° en +20° Celsius heeft het paard geen energie nodig om zijn normale lichaamstemperatuur te behouden. Dat is dan ook de comfortzone van het paard. Eenmaal het kwik boven de 20°C gaat stijgen kan het paard moeilijk zijn warmte kwijt. Zorg daarom dat je paard op het heetste gedeelte van de dag de mogelijkheid heeft om in de schaduw te staan onder bomen of in een schuilstal. Wil je lekker werken met je paard, hou er dan rekening mee dat je dit best doet tijdens de koelere gedeeltes van de dag. Echter de meeste ruiters trainen hun paard in de koele ochtend- en avonduren, maar gaan dan op wedstrijd waarbij hun proef wordt gereden op de warmste uren van de dag. Je moet je paard wel de kans geven om te acclimatiseren. Een paard dat goed geacclimatiseerd is, zal meer hitte kunnen kwijtraken door te zweten en correct te ademen, en zullen minder snel uitdrogen omdat ze vaak wel willen drinken. Hoe dan ook, je paard zal zweten en dus ook mineralen verliezen… Hou met volgende zaken rekening de komende (warme) zomerdagen. - Ook al werkt je paard niet, het waterverbruik kan rap oplopen tot 50 liter per dag. Zorg dus dat er voldoende vers water is op de weide, paddocks of in de stal. Heeft je merrie net een veulen, zorg dan dat ze extra water veel water heeft. Dit is belangrijk voor de melkproductie. - Geef eventueel extra elektrolyten aan je paard. Je zorgt ervoor dat de aanvulling gepaard gaat met het nodige water. Op die manier kan je tekorten van natrium, kalium, chloride, calcium en magnesium oplossen. Een tekort kan immers een invloed hebben op de zenuw- en spierwerking. - Om het zout bij te vullen is een zoutblok de ideale oplossing. Tijdens het zweten verliest het paard zijn natuurlijke zouten. Deze vindt het niet terug in de toegediende elektrolyten. Daarom is het toedienen van zouten een must. - Wanneer je paard het te warm heeft, zet het in de schaduw en een windje (zonder tocht) om het afkoelingsproces te bevorderen. Gebruik nooit een deken of "cooler" op een paard dat zweet. De beste manier om het dier af te laten koelen is door het te besproeien met lauw water, en het overtollige water van het lichaam af te halen. Op die manier kun je een paard binnen tien minuten al 2 graden laten afkoelen. Blijf het gewoon herhalen tot het dier zich beter voelt. Vooral het verwijderen van overtollig water is belangrijk tijdens dit proces. Het achtergebleven water kan namelijk vast komen te zitten in het paardenhaar en zal op die manier weer te warm worden.