Domien, jij vertrekt later deze week naar Compiègne om er onze driekleur te verdedigen, samen met Alexa Fairchild en Larissa Pauluis. Heb je reeds landenwedstrijden gereden?

Het is mijn allereerste 5* Nations Cup, eerder reed ik wel al de 3* landenwedstrijd in Geesteren.Wennen doet het in elk geval nog niet, het blijft een spannend en toch wel speciaal gevoel om voor je land te kunnen rijden. Zeker nu er geen schrapresultaat meer is, en dus alle prestaties tellen, kunnen eventuele mindere momenten niet meer door de rest van het team opgevangen worden.

Vind je dat het wegvallen van het schrapresultaat de dressuur ten goede komt?

Enkel als ik goed rijd (lacht)… Jawel, voor de sport vind ik dit zeker een goede zaak. Er kan namelijk altijd iets misgaan, ook bij toplanden als Nederland en Duitsland. Als kleinere dressuurlanden dan net op dat moment met de ploeg wel een degelijk resultaat neerzetten, kan het podium er zo opeens maar eens helemaal anders uitzien!

Jeroen Van Lent ( Team Manager Dressuur) noemde jou afgelopen week in een interview, ‘een vaste waarde’ in het B-kader, met veel potentieel om snel de overgang te maken naar het A-kader. Klopt dat?

Dat is toch zeker mijn grote doel voor dit jaar. Ik heb de afgelopen wedstrijden telkens meer dan 70% gescoord met Intermezzo, het is denk ik van oktober geleden dat we minder scoorden. Dit toont aan dat we samen stabieler presteren, en die stabiliteit is mijn topprioriteit. Als we onze proeven nog iets netter kunnen afwerken, en iets gedurfder gaan rijden, dan ligt de 71%, en bijgevolg het A-kader, binnen handbereik.

Vertel eens wat meer over Intermezzo van het Meerdaalhof (Gribaldi X Balzflug).

Eigenlijk kan ik enkel maar goede dingen over hem kwijt. Hij is een paard dat er echt van houdt om op wedstrijd te kunnen gaan en hij zal me nooit in de steek laten. Ook op moeilijke momenten in zijn opleiding is hij blijven zijn uiterste best doen. In de GP merk ik nu ook duidelijk dat hij sterker wordt, hierdoor wordt hij ook stabieler en wordt het rijden makkelijker.


Bron: Equibel
Klik hier voor het volledige interview