"Ik ben vooral heel blij dat 2021 beter begonnen is dan 2020", lacht ze. "Ik denk dat ik de eerste amazone ben die erin slaagt om zich voor dezelfde Spelen twee keer te kwalificeren en bovendien ben ik de eerste amazone ooit die voor Sri-Lanka naar het grootste sportevent van het jaar mag. Over een record gesproken", gaat ze verder. "Ik ben erg trots dat ik Sri-Lanka mag vertegenwoordigen. Ik werd daar geboren maar werd als baby geadopteerd waardoor ik in Zweden terecht kwam. Ik ben altijd erg gelukkig geweest is Zweden maar toen ik 18 was, besloot ik toch op zoek te gaan naar mijn roots en mijn familie. Eenmaal in Sri-Lanka aangekomen, werd ik helemaal verliefd op het land. De stranden, de mensen, de fauna en flora, ... Ik denk niet dat iemand die ooit in Sri-Lanka is geweest mij zal tegenspreken als ik zou zeggen dat het bijna te mooi is om waar te zijn".

Chopin

"Chopin is echt mijn 'partner in crime'", vertelt de amazone over haar Olympisch paard. "Ik ben er vast van overtuigd dat hij denkt dat ik de beste ruiter van de wereld ben (lacht). Hij is geboren bij mijn thuis en ik ben eigenlijk de enige ruiter die hem ooit op wedstrijd heeft uitgebracht. We kennen elkaar dus door en door. Als je een paard koopt dat onder een hele goede ruiter heeft gesprongen, denk ik dat dat paard soms denkt 'wat is ze eigenlijk allemaal aan het doen' (lacht). Hij doet alles voor mij en als mijn afstand eens niet helemaal juist is, denkt hij waarschijnlijk dat die afstand al van het begin in mijn hoofd zat. Hij vergeeft mij veel (lacht opnieuw). Nee, ik weet dat hij het echt verdient om naar de Olympische Spelen te gaan: hij gelooft misschien dat ik de beste ruiter ter wereld ben maar ik weet dat hij één van de beste paarden ter wereld is". 

Olympische droom

"Ondanks de moeilijke voorbereiding, kijk ik er enorm naar uit om naar de Spelen te gaan. Ik merk wel hoe moeilijk het is om zonder federatie alles in orde te brengen. In normale omstandigheden kunnen ruiters terugvallen op hun federatie die vrijwel alle papierwerk in orde brengt. In Sri-Lanka is dat uiteraard niet zo. Ik ben volledig op mijzelf aangewezen en dat brengt misschien wat extra druk met zich mee. Toch zijn er ook voordelen aan verbonden: ik mocht bijvoorbeeld de nationale outfit kiezen, want die hadden we nog niet. Ik hoop dat ik het erg goed zal doen op de Spelen en zo andere ruiters uit Azië kan motiveren om ook te starten met rijden. Ik wil hen tonen dat niets onmogelijk is. Ik wilde dit zo graag dat ik ondanks alle tegenslagen niet heb opgegeven en ik hoop dat ik in Tokio ook de vruchten van zal plukken". 

"De voorbereiding is natuurlijk niet optimaal. Ik spring dit weekend mijn eerste CSI5* wedstrijd na de Coronastop. Ik denk dat de Amerikanen misschien een voordeel zullen hebben tijdens de Spelen omdat zij wel bijna constant op hoger niveau konden blijven springen. Wat de Europese ruiters betreft: we zitten allemaal in dezelfde situatie, ik ben al erg blij dat ik dit weekend weer op het hoogste niveau kan meedraaien. Mijn 'road to Tokio' is nu echt begonnen en ik ben vastbesloten om mijn geboorteland trots te maken", besluit ze.