Skip to content

Copyright

De Bondscoach aan het woord: "Eigenaars MOETEN economisch denken, ongeacht het gevolg voor de nationale équipe."

Het is geen gemakkelijke opgave om nationaal bondscoach te zijn, zeker niet met het Olympisch jaar, 2020 voor de deur. Maar wie het nog moeilijker zal hebben? Thierry Pomel, de Franse teamchef. De afgelopen weken werd zo bekend dat Frankrijk twee toppaarden verliest, nu Timon d'Aure en Urhelia Lutterbach eenieuwe eigenaar hebben.

"Ik ga me er nog niet te druk in maken," vertelt Pomel. "Ik houd nu mijn ogen open voor enkele combinaties die de afgelopen maanden sterk zijn geëvolueerd. Deze zal ik nu meer kansen geven om uit te komen op CSIO wedstrijden." Als voorbeeld haalt de Franse equipe, Nicolas Delmotte met Urvoso du Roch en Mathieu Billot met Quel Filou 13, aan.

Als teamchef ben je volgens Pomel afhankelijk van verschillende factoren. "Ik heb nu als eerste taak een longlist te maken van potentiële combinaties. Dit zal ik samen met het team doen en in samenspraak met de Franse federatie." Volgens de teamchef is dat het voorwerk van de eerste stap.

"Nadien start het pas. Dan zal ik contact opnemen met de ruiters en ook eigenaars om te beslissen wat de beste planning is in aanloop naar de Spelen. We hebben zo tot eind juni om een definitieve selectie door te geven."

Eigenaars zijn belangrijke factor

"Uiteraard moet je rekening houden met de eigenaars van de paarden. Tot 15 januari lopen we het risico goede paarden te verliezen, dat is een feit dat zich bewezen heeft. Het is echter niet onze rol eigenaars te overtuigen om de paarden te houden of meteen te investeren inieuwe springtalenten."

"De sport moet zich bewust zijn dat eigenaars een economisch doel voor ogen hebben, dat is ook logisch," gaat Pomel verder. "Een Olympisch paard is uitzonderlijk en dus economisch enorm interessant. Als de kans zich dan voordoet is het logisch dat de eigenaar overgaat tot de verkoop, ongeacht het sportief gevolg voor de nationale equipe.

"Ik ga me er nog niet te druk in maken," vertelt Pomel. "Ik houd nu mijn ogen open voor enkele combinaties die de afgelopen maanden sterk zijn geëvolueerd. Deze zal ik nu meer kansen geven om uit te komen op CSIO wedstrijden." Als voorbeeld haalt de Franse equipe, Nicolas Delmotte met Urvoso du Roch en Mathieu Billot met Quel Filou 13, aan.

Als teamchef ben je volgens Pomel afhankelijk van verschillende factoren. "Ik heb nu als eerste taak een longlist te maken van potentiële combinaties. Dit zal ik samen met het team doen en in samenspraak met de Franse federatie." Volgens de teamchef is dat het voorwerk van de eerste stap.

"Nadien start het pas. Dan zal ik contact opnemen met de ruiters en ook eigenaars om te beslissen wat de beste planning is in aanloop naar de Spelen. We hebben zo tot eind juni om een definitieve selectie door te geven."

Eigenaars zijn belangrijke factor

"Uiteraard moet je rekening houden met de eigenaars van de paarden. Tot 15 januari lopen we het risico goede paarden te verliezen, dat is een feit dat zich bewezen heeft. Het is echter niet onze rol eigenaars te overtuigen om de paarden te houden of meteen te investeren inieuwe springtalenten."

"De sport moet zich bewust zijn dat eigenaars een economisch doel voor ogen hebben, dat is ook logisch," gaat Pomel verder. "Een Olympisch paard is uitzonderlijk en dus economisch enorm interessant. Als de kans zich dan voordoet is het logisch dat de eigenaar overgaat tot de verkoop, ongeacht het sportief gevolg voor de nationale equipe.

Vorige Cicero Z van Paemel levert winnaar vrijspringen Heusden Volgende Janne Devriendt houdt Equteam-ruiter, Jean Christophe de Grande nipt van Grand Prix winst