De eerste hengst die we graag een jullie voorstellen is Q-George Z, een zesjarige zoon van Quaprice Bois Margot. Quaprice is een zoon van de alom bekende Quidam de Revel die niet alleen in de sport maar ook in de fokkerij een topvererver is. De moeder van Quaprice, Wella I, is een uitzonderlijke fokmerrie waaruit al 5 nakomenlingen op CSI5* niveau presteerden. Ornella, de volle zus van Quaprice presteerde ook op 1,60m niveau.
De moeder van Q-George is Gigi van het Daalhof (v. Kashmir van Schutterhof) die zelf op 1m50 niveau actief was onder het zadel van Said. Q-George Z heeft zijn eerste stappen op het internationale niveau al gezet. Zo sprong hij eind mei onder het zadel van Said nog verschillende nulrondes in de Youngster competitie van Opglabbeek.
Een andere hengst in de stallen van Said is C-Jay Z (v. Cumano). Hij is nog maar vier jaar maar hij toont nu al dat hij enorm veel kwaliteit in huis heeft. C-Jay Z is één van de enige goedgekeurde zonen van de voormalige wereldkampioen wat dus ook betekent dat zijn genen erg zeldzaam zijn. Slechts enkele paarden op het hoogste niveau kunnen zeggen dat ze een afstammeling van de prachtige schimmelhengst zijn.
Zijn moeder is eveneens de voormalige topmerrie van Said, Gigi van het Daalhof. Hij is nog maar vier jaar maar hij toont nu al dat hij enorm veel kwaliteit in huis heeft. Dat kan ook niet anders met zijn pedigree. Zijn vader, Cumano heeft natuurlijk geen introductie meer nodig. Cumano werd als jong paard opgeleid voor de internationale sport door Marc van Dijk. Hij liet de hengst onder meer in de kijker springen bij de vijfjarigen op het WK in Lanaken. Als negenjarige behoorde hij al tot de beste 400 paarden op de WBFSH-ranking en sinds oktober 2002 staat de Cassini-zoon bij Jos Lansink. De schimmelhengst groeide positief door en leverden constante prestaties, bovendien bleek hij een geschikt paard voor de meerdaagse kampioenschappen. Het duo, dat uitkwam voor België, nam tweemaal deel aan de Olympische Spelen en de gouden medaille op het WK in Aken 2006 vormde hun hoogtepunt.
De eerste hengst die we graag een jullie voorstellen is Q-George Z, een zesjarige zoon van Quaprice Bois Margot. Quaprice is een zoon van de alom bekende Quidam de Revel die niet alleen in de sport maar ook in de fokkerij een topvererver is. De moeder van Quaprice, Wella I, is een uitzonderlijke fokmerrie waaruit al 5 nakomenlingen op CSI5* niveau presteerden. Ornella, de volle zus van Quaprice presteerde ook op 1,60m niveau.
De moeder van Q-George is Gigi van het Daalhof (v. Kashmir van Schutterhof) die zelf op 1m50 niveau actief was onder het zadel van Said. Q-George Z heeft zijn eerste stappen op het internationale niveau al gezet. Zo sprong hij eind mei onder het zadel van Said nog verschillende nulrondes in de Youngster competitie van Opglabbeek.
Een andere hengst in de stallen van Said is C-Jay Z (v. Cumano). Hij is nog maar vier jaar maar hij toont nu al dat hij enorm veel kwaliteit in huis heeft. C-Jay Z is één van de enige goedgekeurde zonen van de voormalige wereldkampioen wat dus ook betekent dat zijn genen erg zeldzaam zijn. Slechts enkele paarden op het hoogste niveau kunnen zeggen dat ze een afstammeling van de prachtige schimmelhengst zijn.
Zijn moeder is eveneens de voormalige topmerrie van Said, Gigi van het Daalhof. Hij is nog maar vier jaar maar hij toont nu al dat hij enorm veel kwaliteit in huis heeft. Dat kan ook niet anders met zijn pedigree. Zijn vader, Cumano heeft natuurlijk geen introductie meer nodig. Cumano werd als jong paard opgeleid voor de internationale sport door Marc van Dijk. Hij liet de hengst onder meer in de kijker springen bij de vijfjarigen op het WK in Lanaken. Als negenjarige behoorde hij al tot de beste 400 paarden op de WBFSH-ranking en sinds oktober 2002 staat de Cassini-zoon bij Jos Lansink. De schimmelhengst groeide positief door en leverden constante prestaties, bovendien bleek hij een geschikt paard voor de meerdaagse kampioenschappen. Het duo, dat uitkwam voor België, nam tweemaal deel aan de Olympische Spelen en de gouden medaille op het WK in Aken 2006 vormde hun hoogtepunt.