„In 1982 wordt een droom geboren”. Drie hoefsmeden in het Finse stadje Lahti beginnen een bedrijf in ruitersportspullen. Het groeit uit tot Horze/Finn-Tack, met vestigingen over de hele wereld. Het verhaal over de droom, op de website van Horze/Finn-Tack, vertelt niet dat het bedrijf deel uit maakt van het wereldwijde netwerk van de sektarische geloofsgemeenschap Noorse broeders.

Malafide uitzendbureaus

De jongeren krijgen op papier het wettelijk verplichte minimumloon, maar in de praktijk slechts zakgeld van 60 euro per maand. Tot 2014 houdt magazijnmanager Anno Neinders, tevens een hoge kerkbestuurder, op hun loonstroken deels fictieve kosten in voor consumpties, sport en uitstapjes. Uit het jaaroverzicht over 2012 blijkt dat de jongeren voor onder meer ‘catering’ 173.000 euro in rekening gebracht wordt, hoewel de echte kosten 90.000 euro zijn. ‘Conferentiebezoek’ kost de jongeren 64.000 euro; de werkelijke kosten zijn 10.000 euro. Zo ‘verdienen’ de broeders geld. Neinders erkent in de interne e-mails dat er „een behoorlijke onbalans” is tussen de inhoudingen en de werkelijke kosten. Een vergelijking met „malafide uitzendbureaus voor Poolse medewerkers” is snel gemaakt, schrijft hij. Bij Finn-Tack lijkt dat niet heel serieus te worden genomen: „Als er iemand is die om gezondheidsredenen moet uitrusten, dan moet men de vrijheid hebben om dat te zeggen en om niet te werken, maar ik kan me voorstellen dat er veel jongeren zijn die er alleen maar naar uitkijken om dag en nacht te werken.” lees volledig op