Skip to content

Copyright

Herstructurering van de paardensport in Vlaanderen

Op 23 december 2015 heeft Vlaams Minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport Philippe Muyters viahet persbericht “Vlaamse regering: Minder structuren en meer sport” bekend gemaakt dat het nieuwe ‘federatiedecreet’ goedgekeurd werd. Dit nieuwe decreet regelt de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties en gaat in voege op 1 januari 2017. Minister Muyters keek bij de opstelling van dit nieuwe decreet naar de omringende landen, waar er 1 (unisport-)federatie per sporttak aanvaard wordt. Vandaag zijn er in Vlaanderen echter 65 gesubsidieerde federaties voor 38 gesubsidieerde sporttakken. De rationalisatie van het federatielandschap en eenefficiëntere inzet van de financiële middelen drongen zich aldus Minister Muyters op. In de toekomst zal er dus per sporttak slechts één Vlaamse unisportfederatie gesubsidieerd worden. In het kader van de paardensport zal de Vlaamse Liga Paardensport vzw (VLP) deze subsidies ontvangen en een totaalaanbod van A tot Z aanbieden: van breedtesport tot topsport, voor alle leeftijds- en doelgroepen. Voor de recreatieve sportfederatie die vandaag gesubsidieerd wordt, zijnde voor de paardensport de Landelijke Rijverenigingen vzw (LRV), zijn er drie opties :
  • LRV kan samen gaan bij de unisportfederatie VLP. Deze optie wordt gestimuleerd door de Vlaamse regering, welke een financieel incentive voorziet bij een dergelijke fusie.
  • LRV kan samen gaan met andere sportfederaties en een multisportfederatie vormen met minstens 10.000 leden en vijf sporttakken met minstens 1.000 leden per sporttak, waarbij er recreatieve sportbeoefening georganiseerd wordt.
  • LRV kan afzonderlijk blijven werken zonder Vlaamse subsidies.
Het nieuwe federatiedecreet heeft er toe geleid dat de besturen van zowel LRV als VLP elk afzonderlijk alle opties geanalyseerd hebben. Beide sportfederaties hebben zich akkoord verklaard om de gesprekken op te starten, waarbij zal nagegaan worden of er tot een vergelijk kan gekomen worden. Het agentschap Sport Vlaanderen zal gezien haar ervaring met fusies deze gesprekken begeleiden.Het spreekt voor zich dat de besturen van beide federaties er bewust van zijn dat de impact van een dergelijke ‘fusie van beide organisaties’ een niet onbelangrijke impact zal hebben op lokaal, provinciaal en nationaal niveau. Het aangaan van deze gesprekken zal ongetwijfeld bij onze leden en clubs vragen of bezorgdheden oproepen naar de toekomst toe. Geen van beide sportfederaties kunnen op dit moment echter een sluitend antwoord geven op de vragen of de bezorgdheden, maar wensen wel transparant te communiceren. Beide besturen wensen te benadrukken dat deze gesprekken met wederzijds respect voor elkaars eigenheid zullen plaatsvinden en dat er in geen geval wordt gesproken over een ‘opslorping’ van één van beide federaties. Het nieuwe federatiedecreet is de aanleiding tot de opstart van de gesprekken, maar de maatschappelijke evoluties spelen evenzeer een belangrijke rol. De besturen achten het moment dus rijp om het gehele paardensportlandschap in vraag te stellen en na te gaan of we deze efficiënter en meer toekomstgericht kunnen organiseren door middel van een herstructurering. De Vlaamse paardensport beschikt vandaag over twee kwantitatief grote, maar voornamelijk kwalitatief sterke organisaties, die elk hun accenten hebben. LRV en VLP werkten in het verleden reeds enkele samenwerkingen uit, meer bepaald in het kader van de brevettenwerking, de Jeugd Cup en de eventing- en menindoorwedstrijden waar leden kunnen deelnemen aan zowel LRV- als VLP-wedstrijden. Deze co-organisaties werden steeds opgestart met de doelstelling om elkaar te versterken en de bovenstaande werkingen zijn daar goede voorbeelden van. De voorbereiding tot de gesprekken zijn reeds opgestart in het najaar van 2015 en op woensdag 27 januari 2016 vond het eerste gezamenlijk en verkennend gesprek plaats, waarbij er vanuit elke federatie een delegatie gemandateerd werd. Uit dit gesprek blijkt dat beide federaties constructief en met een open blik aan tafel zitten, waarna er een stappenplan uitgestippeld werd. In dit stappenplan zijn werkgroepen gedefinieerd, waarin de verscheidene aspecten in detail besproken zullen worden. Het spreekt voor zich dat beide federaties gezien hun structuur regelmatig zullen terugkoppelen naar de leden, de clubs en de besturen en dat de sportbeoefenaar ten allen tijde centraal zal staan !
Op 23 december 2015 heeft Vlaams Minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport Philippe Muyters viahet persbericht “Vlaamse regering: Minder structuren en meer sport” bekend gemaakt dat het nieuwe ‘federatiedecreet’ goedgekeurd werd. Dit nieuwe decreet regelt de erkenning en de subsidiëring van de Vlaamse sportfederaties en gaat in voege op 1 januari 2017. Minister Muyters keek bij de opstelling van dit nieuwe decreet naar de omringende landen, waar er 1 (unisport-)federatie per sporttak aanvaard wordt. Vandaag zijn er in Vlaanderen echter 65 gesubsidieerde federaties voor 38 gesubsidieerde sporttakken. De rationalisatie van het federatielandschap en eenefficiëntere inzet van de financiële middelen drongen zich aldus Minister Muyters op. In de toekomst zal er dus per sporttak slechts één Vlaamse unisportfederatie gesubsidieerd worden. In het kader van de paardensport zal de Vlaamse Liga Paardensport vzw (VLP) deze subsidies ontvangen en een totaalaanbod van A tot Z aanbieden: van breedtesport tot topsport, voor alle leeftijds- en doelgroepen. Voor de recreatieve sportfederatie die vandaag gesubsidieerd wordt, zijnde voor de paardensport de Landelijke Rijverenigingen vzw (LRV), zijn er drie opties :
  • LRV kan samen gaan bij de unisportfederatie VLP. Deze optie wordt gestimuleerd door de Vlaamse regering, welke een financieel incentive voorziet bij een dergelijke fusie.
  • LRV kan samen gaan met andere sportfederaties en een multisportfederatie vormen met minstens 10.000 leden en vijf sporttakken met minstens 1.000 leden per sporttak, waarbij er recreatieve sportbeoefening georganiseerd wordt.
  • LRV kan afzonderlijk blijven werken zonder Vlaamse subsidies.
Het nieuwe federatiedecreet heeft er toe geleid dat de besturen van zowel LRV als VLP elk afzonderlijk alle opties geanalyseerd hebben. Beide sportfederaties hebben zich akkoord verklaard om de gesprekken op te starten, waarbij zal nagegaan worden of er tot een vergelijk kan gekomen worden. Het agentschap Sport Vlaanderen zal gezien haar ervaring met fusies deze gesprekken begeleiden.Het spreekt voor zich dat de besturen van beide federaties er bewust van zijn dat de impact van een dergelijke ‘fusie van beide organisaties’ een niet onbelangrijke impact zal hebben op lokaal, provinciaal en nationaal niveau. Het aangaan van deze gesprekken zal ongetwijfeld bij onze leden en clubs vragen of bezorgdheden oproepen naar de toekomst toe. Geen van beide sportfederaties kunnen op dit moment echter een sluitend antwoord geven op de vragen of de bezorgdheden, maar wensen wel transparant te communiceren. Beide besturen wensen te benadrukken dat deze gesprekken met wederzijds respect voor elkaars eigenheid zullen plaatsvinden en dat er in geen geval wordt gesproken over een ‘opslorping’ van één van beide federaties. Het nieuwe federatiedecreet is de aanleiding tot de opstart van de gesprekken, maar de maatschappelijke evoluties spelen evenzeer een belangrijke rol. De besturen achten het moment dus rijp om het gehele paardensportlandschap in vraag te stellen en na te gaan of we deze efficiënter en meer toekomstgericht kunnen organiseren door middel van een herstructurering. De Vlaamse paardensport beschikt vandaag over twee kwantitatief grote, maar voornamelijk kwalitatief sterke organisaties, die elk hun accenten hebben. LRV en VLP werkten in het verleden reeds enkele samenwerkingen uit, meer bepaald in het kader van de brevettenwerking, de Jeugd Cup en de eventing- en menindoorwedstrijden waar leden kunnen deelnemen aan zowel LRV- als VLP-wedstrijden. Deze co-organisaties werden steeds opgestart met de doelstelling om elkaar te versterken en de bovenstaande werkingen zijn daar goede voorbeelden van. De voorbereiding tot de gesprekken zijn reeds opgestart in het najaar van 2015 en op woensdag 27 januari 2016 vond het eerste gezamenlijk en verkennend gesprek plaats, waarbij er vanuit elke federatie een delegatie gemandateerd werd. Uit dit gesprek blijkt dat beide federaties constructief en met een open blik aan tafel zitten, waarna er een stappenplan uitgestippeld werd. In dit stappenplan zijn werkgroepen gedefinieerd, waarin de verscheidene aspecten in detail besproken zullen worden. Het spreekt voor zich dat beide federaties gezien hun structuur regelmatig zullen terugkoppelen naar de leden, de clubs en de besturen en dat de sportbeoefenaar ten allen tijde centraal zal staan !
Vorige Paardenbeul slaat nu ook toe bij Van Baalen Volgende Francois Mathy Jr. wint de openingsproef in Treffen