Na heel wat heisa omtrent startplaatsen tijdens de Global Champions Tour heeft een Belgische rechter het FEI en de Global Champions Tour op de vingers getikt. Ook op de Global Champions Tour moet minimaal 60 procent van het deelnemersveld worden uitgenodigd op basis van de wereldranglijst. Met deze uitspraak zette de Belgische Mededingingsautoriteit een streep door het Memorandum of Understanding (MoU) dat de FEI sloot met de Global Champions Tour.
Nadat bekend werd dat de Global Champions Tour zijn selecties liet vallen via de betalende sponsors van de Global Champions League kwam er protest van de IJRC (de club van springruiters) tegen de hoog gedoteerde competities. Ook de Europese ruitersportfederaties (EEF) tekenden protest aan.
Het was een springamazone (anoniem) die alles aan het licht bracht. De amazone stelde dat ze op de Global Tour totaal anders werd behandeld als op andere reguliere CSI5* wedstrijden. De amazone voelde zich benadeeld ten opzichte van ruiters die een sponsor van 2 miljoen euro achter zich hadden.
Met het vonnis wordt een halt geroepen aan een systeem dat sportieve voordelen geeft aan kapitaalkrachtige deelnemers.
Het vonnis luidt:
‘De verzoekers (de amazone en de handelsstal, red.) zijn van oordeel dat het MoU door het percentage van de uitnodigingen voor GCT competities dat uitsluitend op basis van hun ranking moet worden verstuurd, te verlagen van 60% naar 30%, de ruiters onrechtmatig benadeelt die geen lid zijn van een betalend team van de GCL. Het Mededingingscollege is prima facie van oordeel dat het niet onredelijk is om te denken dat deze vermindering een inbreuk kan zijn op de mededingingsregels.
Deze beslissing betreft alleen het nemen van voorlopige maatregelen en loopt niet vooruit op de beslissing die later na het afronden van het onderzoek ten gronde genomen kan worden over een eventuele inbreuk.’